Kamer buigt zich over het inkorten van de loondoorbetalingsverplichting werkgever bij ziekte
21-05-2015
Vandaag buigt de Tweede Kamer zich over de verplichting om twee jaar loon door te betalen als een medewerker ziek wordt of arbeidsongeschikt.
In het begrotingsakkoord 2014 is afgesproken dat er een onderzoek komt naar de loondoorbetalingsverplichting voor de werkgever bij ziekte.
Geschiedenis
Vanaf de jaren zeventig nam het aantal uitkeringen op grond van arbeidsongeschiktheid gestaag toe. In de jaren negentig dreigde dit aantal de één miljoen grens te overschrijden.
De overheid besloot daarom verschillende beleidswijzigingen door te voeren om de Sociale Zekerheid betaalbaar te houden. De werkgever en werknemer moesten geprikkeld worden om langdurig ziekteverzuim te voorkomen.
Zo is er in 1994 de loondoorbetalingplicht voor werkgevers bij ziekte ingevoerd en werd deze verlengd in 2004 naar twee jaar.
Andere maatregelen zoals het invoeren van de Wet verbetering poortwachter (Wvp) in 2002 en de Wet beperking ziekteverzuim en arbeidsongeschiktheid vangnetters (Wet BEZAVA) moeten de werkgever en werknemer stimuleren actief bezig te gaan met het re-integratietraject.
De werkgever heeft in de afgelopen jaren steeds meer verantwoordelijkheden op zowel financieel gebied als re-integratieverplichtingen erbij gekregen.
Uitkomst onderzoek
De Nederlandse werkgever neemt zijn verantwoordelijkheden serieus.
Ruim 80% van de werkgevers heeft begrip voor de verplichting om loon door te betalen.
Echter 45% van de werkgevers geeft aan dat de kosten die voortkomen uit ziekte en re-integratie niet goed te dragen zijn. Vooral werkgevers uit sectoren die last hebben gehad van de economische crisis geven aan de kosten niet of niet goed te kunnen dragen.
Ander knelpunten die de werkgever noemt naast de financiële lasten zijn de re-integratieverplichtingen. Uit het onderzoek blijkt dat de werkgever de volgende punten als blokkades ervaart:
- Geen passend alternatief werk kunnen bieden
- Het UWV treedt te strikt op
- De werknemer die niet of onvoldoende mee werkt aan de re-integratie
- Re-integratie tweede spoor
Ook vindt een deel van de werkgevers dat de druk nu vooral bij de werkgever ligt en de werknemer wordt ontzien.
Centraal Plan Bureau (CBP)
Het CPB heeft in opdracht van minister Asscher (Sociale Zaken) een schets gemaakt van de kosten voor de werkgevers, de overheidsfinanciën en de structurele werkgelegenheid.
Asscher meldt hierover het volgende in zijn brief aan de Tweede Kamer van 28 april 2015:
“Het CPB raamt dat het inkorten van de loondoorbetalingsperiode per saldo leidt tot een verzwaring van de structurele werkgeverslasten (€ 0,8 miljard), een lagere structurele werkgelegenheid (0,3 %) door extra instroom in de WIA (ruim 8 duizend per jaar) en hogere structurele overheidsuitgaven. Daartegenover staat voor werkgevers een vermindering van risico op langdurig ziekteverzuim en administratieve en organisatorische lasten die samenhangen met de re-integratie van zieke werknemers. Deze vermindering is door het CPB niet gekwantificeerd.”
Vraagstukken
De overheid erkent dat de hoge lasten en regels een remmend effect hebben op het ondernemerschap.Oplossingen als meer verantwoordelijkheden bij de werknemer neerleggen, het collectiviseren van de verplichting voor de kleine werkgever en het gedeeltelijk terugleggen van de betalingsverplichting bij de staat, worden voorgedragen.
Vandaag debatteert de Kamer met minister Asscher over loondoorbetaling bij ziekte.
Verzuimstopt houdt u uiteraard op de hoogte van de ontwikkelingen.
Heeft u vragen of wilt u meer weten over de wet en regelgeving op het gebied van verzuim en arbeidsongeschiktheid?
Neemt u dan contact met ons op.